Als jij naast me komt staan of ik zie je schaduw aankomen raak ik uit balans en verstrak ik’

Oeps, ik wil alleen maar positieve vibes brengen 🙂

En toch gebeurt dit veel. Niet alleen tijdens het sporten maar ook tijdens het rijden.

Je bent lekker aan het rijden totdat er iemand langs de baan komt staan. De spanning stijgt en je verstrakt.

Hoe fijn zou het zijn als je niet eens merkt dat er mensen langs de baan komen te staan en dat het je niets uitmaakt dat ik bij je kom staan tijdens het sporten? Dat je schijt aan alles hebt.👊

Je brein

Het heeft te maken met een gedeelte van je brein; de amygdala. Deze is steeds op zoek naar angst. Dus zodra ik of een ander in de buurt kom gaan de alarmbellen rinkelen. Dit gedeelte van de brein wil je behoeden. Deze wil niet dat je iets overkomt.

Tijdens het sporten of rijden gebruik je maar een klein deel van je aandacht. De rest is op zoek naar afleiding. Op momenten dat er iemand langs de baan staat is je aandacht naar buiten gericht. Je laat je beïnvloeden door externe factoren. Dingen die er wel zijn maar waar je geen invloed op hebt.

Terwijl je op die momenten je beter kunt concentreren op iets waar je wel invloed op hebt. Bijvoorbeeld op je eigen ademhaling, je balans of ontspanning. Dat gebeurt in je en kan niemand anders iets aan veranderen.

Taakdoel

Het stellen van taakdoelen helpt je om bij deze interne factoren te blijven. Op die manier laat jij je minder afleiden door dingen die om je heen gebeuren. Een taakdoel kan bijvoorbeeld zijn dat jij tijdens het sporten of tijdens het rijden je je wilt focussen op een lage buikademhaling. Zodra jij merkt dat je gedachten afdwalen roep je jezelf terug naar je taakdoel. Op deze manier train jij je brein om op jezelf gericht te blijven,.

Ga je dit toepassen? Laat vooral een reactie achter, vind ik leuk.